
– Dat ik na dagen (maar het lijkt wel maanden) de blauwe lucht weer heb gezien. Hartstikke leuk hoor, al die sneeuw, maar als het verandert in spiegelglad ijs op de weg ben ik er wel een beetje klaar mee. Zondag werd mijn wens beantwoord, door de komst van een hele hoop regen. Tsja… Het ene kwaad had plaats gemaakt voor het andere. Ik zag mezelf al nat en bibberend op school komen de volgende dag. De koele maar blauwe lucht deze ochtend maakte me dus erg blij. En toen ik het na gym erg warm had en buiten de zon scheen had ik bijna het idee dat het lente was. En ook al is het niet waar, toch wordt ik er vrolijk van.

– Een schoon, nieuw, wiskundeschrift. (Ik heb het dus niet over wiskunde zelf, hè. Niet dat ik het zo’n ramp vind, maar gelukkig word ik er niet van.)
– Blog-gerelateerde dingen: heel veel leuke reacties, nieuwe (onbekende) bezoekers, stijgende cijfers. En – totaal onbenullig, maar toch: wanneer je ‘milou’ + mijn achternaam intypt op Google, er ‘blog’ achter verschijnt.

– Dit briefje wat ik kreeg van een jongen uit mijn klas. Heeft geen verdere uitleg nodig, toch?
– Onverwachte leuke dingen. Ik heb vandaag kinderen uit groep acht rondgeleid op onze school. Ik stond niet ingeroosterd, maar er werd iemand ziek. Dat is natuurlijk niet leuk, maar dat betekende wel een extra rondleiding voor mij. Het is echt zo leuk om te doen. Door de school wandelen, dingen vertellen die voor mij heel logisch lijken maar dat absoluut niet waren toen ik zelf in groep acht zat. Ik herken mezelf ook wel terug in die kinderen. Vaak zijn ze nogal druk van opwinding, constant vragen afvurend. Maar als ze dan een lokaal binnenlopen om even te kijken, durven ze vaak niet zo ver. Het zijn toch allemaal ‘grote kinderen’ die daar vlak voor je zitten. En dat er steeds net iets te hard ‘Ahh, wat schattig!’ geroepen wordt, helpt natuurlijk ook niet echt. Tegen ons lijken ze echter alles te durven zeggen. ‘Zijn er veel knappe jongens op deze school?’ Aan de andere kant komen ze dankjewel zeggen na de rondleiding. En dan kan ook ik het niet laten te denken: ‘Nahh. Wat schattig.’
– Complimentjes van onbekenden. Tijdens zo’n rondleiding lopen er ook ouders en leerkrachten mee en ook zij stellen natuurlijk vragen. Nadat we de route hadden afgewerkt sprak één van de ouders mij nog aan omdat ze nog met wat vragen zat. Ik probeerde alles zo goed mogelijk te beantwoorden, daar ben ik voor op dat moment. Het gesprek ging van het één over in het ander, en eindigde met een hoop complimentjes. Dat ik het zo leuk vertelde allemaal, dat ik goed in mijn schoenen stond en dat dat te zien was. Dat ik zo te horen heel bevlogen bezig was met de dingen die ik deed. ‘Maar ga nu maar pauze houden, hoor!’ Een beetje verbaasd maar ook blij liep ik weg.
Zo verandert een doorsnee maandag in een dag die ik me zal herinneren, om al deze kleine dingetjes.