Het was maandag en ik had wat opstartproblemen. We gingen naar Londen en dat maakte me natuurlijk super enthousiast en blij enzo, maar… Het was pas vier uur ’s ochtends. Na een langdurig dilemma met mezelf had ik de vorige avond besloten om tóch de laatste Harry Potter film te kijken die op tv kwam, ook al was die pas om 23.15 afgelopen. Mijn enthousiasme moest dus nog een beetje op gang komen.
Ondanks het vroege tijdstip gebeurde dit vrij snel. En hoe kan het ook anders – zet zeventig leerlingen in een dubbeldekker en het is geheid feest, hoe laat het ook is. Er was muziek, gejoel en eten – the usual. Slapen lukte toch niet meer.
Na een bus- en bootreis van zo’n zes uur waren we natuurlijk wél moe. Maar daar was toen geen tijd meer voor; het was tijd om een stukje Engeland te gaan verkennen. Een stukje genaamd Canterbury, om precies te zijn. We bezochten hier een kathedraal, maar niet voordat we een half uurtje door de regen gelopen hadden. (Waarom weten we nog steeds niet. We liepen namelijk in een rondje.)
De kerk was mooi. Van een bepaald gedeelte vermoedden we dat er gefilmd is voor Harry Potter, gezien de grote gelijkenis met de corridors van Hogwarts. Vervolgens was er tijd om Canterbury op eigen houtje te verkennen. Ofwel, er was tijd om te shoppen. Ik kocht een boek bij Waterstones, maar hield me verder in onder het mom ‘dat kan ik in Londen ook kopen.’ Daar is meer tijd en meer keuze. We dronken thee in een leuk cafeetje en gingen weer terug naar de bus. Helemaal gaar, maar wel al ondergedompeld in de UK feeling.
Pas rond een uur of half negen kwam ik aan bij mijn verblijfplaats, een gastgezin in Catford. Al is gezin een groot woord – ik sliep in het huis van een alleenstaande mevrouw, samen met twee roomies. Het was een klein huis, maar wel knus en schoon, waar ik toch echt meer waarde aan hecht. De bedden zijn prima, er is wifi en zelfs een Wii, dus wij kunnen onze lol op hier. Maar vanavond niet meer. Na een hele lange dag zeg ik met een Brits accent goodnight. And I’ll see you tomorrow.