#239 ICE & PRIZE

IMG_0092

‘Waarom doen jullie dat, eigenlijk?’ vroeg één van mijn brugklassers. We zaten aan het ontbijt, ongeveer anderhalf uur na de ochtendgymnastiek. ‘Het hoort er gewoon bij,’ hoorde ik mezelf zeggen. Maar ik moet in alle eerlijkheid bekennen dat ik het me ook afvroeg, toen de wekker om kwart over zes ging die ochtend. Waarom deden we dit ook alweer? ‘Toen wij zelf brugklassers waren, werden we ook in alle vroegte uit ons bed getrommeld om rondjes te rennen op een grasveld.’ Wat nog steeds geen legitieme reden is om de brugklassers van nu op dezelfde verrassing te trakteren. ‘Maar als je er heel erg mee zit, weet je wat je te doen staat: zelf ook minimentor worden.’

Die ochtend werden de laatste lessen gegeven. Of ja – de laatste van de werkweek. Niet iedereen was daar even enthousiast over. ‘Hierna hebben ze zes jaar lang alleen maar lessen,’ mompelde ik tegen Colette, met wie ik vooraan naast het bord zat. Dat tijdens deze periode de dagen niet meer gevuld zouden zijn met Levend Stratego en waterspelletjes, hield ik ook maar even voor me. Aan het begin van de week drukte ik mijn bruggers op het hart vooral veel te gaan genieten – vandaag kon ik alleen maar hopen dat ze dat gedaan hadden. Volgens mij was het gelukt.

’s Middags speelden we nog wel een spelletje, en wel ‘Knock-out’. Anders dan de naam doet vermoeden, komt daar geen fysiek geweld bij kijken. De leerlingen kregen stellingen voorgelegd, die ze moesten beoordelen als waar of niet waar. De minimentoren waren hier op geen enkele manier bij nodig, wat behoorlijk relaxed was. Met de zon op mijn rug en mijn voeten op het zompige grasveld keek ik toe. De gemoederen liepen hoog op, aangezien dit een van de de laatste momenten was om punten te pakken voor de klas, en zo eeuwige roem te verkrijgen door winnaar van het kamp te worden.

Het touwtrekken vormde de finale-strijd, Alle laatste kracht werd gebruikt, de voeten werden schrap gezet en handen schuurden kapot tegen het ruwe touw. Alles voor de winst. En niet voor niets, bleek uiteindelijk: B1Z had gedurende de hele week de meeste punten verzameld. Het was tijd voor ijs, een prijs en de reis terug. Honderdéén koffers werden over het grind naar de bussen gesleept. Daarin gingen honderdéén leerlingen op weg naar huis. Met een tekort aan slaap en een overschot aan verhalen.

DIARY OF A FIRST-GRADER

IMG_9936

Gisteravond vond ik iets leuks. Zoals altijd wanneer dit gebeurt, had ik er eigenlijk geen tijd voor. Of laat ik het zo zeggen: wanneer ik saaie, belangrijke dingen moet doen, ga ik op zoek naar wat afleiding. En dan vind je dus van alles. Dit maal was het een doos met verschillende boekjes: kleine foto-albums, de dummy die ik twee jaar bijhield voor het vak Cultuur en verschillende dagboeken. Met daarin behoorlijk variërende teksten.

‘ 20 september 2005. Lief dagboek. Vandaag was ik naar de dierentuin geweest.’

Maar ook:

’20 september 2008. Lief dagboek. Ik moet echt even wat dingen op een rijtje krijgen.’

Aldus een elfjarige.

Naast deze bundels van mijn dramatische levensverhalen, vond ik ook nog iets anders. Iets wat ik graag met jullie wil delen: mijn agenda uit de brugklas.

Op mijn allereerste dag op de middelbare kreeg ik een agenda. Niet van mijn ouders, maar van school. Deze agenda had een overzichtelijke, witte binnenkant, waardoor de focus zou liggen op datgene waar het om ging: het huiswerk. Hoe anders is dat bij de hysterische agenda’s die je in de winkel kan kopen. Toch wilde ik wél zo’n agenda. Een hele hippe, met kleurtjes, plaatjes, en frutsels. En bovenal één die geen enkele andere brugklasser had. Maar aangezien dat dus niet de bedoeling was, besloot ik mijn creativiteit te gebruiken om mijn agenda toch een beetje uniek te maken. Hoe ik dat deed, zal ik je laten zien.

IMG_9938

Kijk, hier begint de hysterie al. Stickers, foto’s, stiften en pennen: alles werd uit de kast getrokken. Net nieuwe vriendinnen werden geacht om op één van deze pagina’s een lieve boodschap achter te laten.

IMG_9941

Wanneer we aankomen bij de wekelijkse overzichtspagina’s, zien we twee dingen. 1. Ik was heel ijverig in het noteren van huiswerk. 2. In de brugklas had ik behoorlijk veel tijd. Zoveel tijd, dat ik elke week de bladzijdes van mijn agenda kon versieren met een nieuw thema. Hierboven is het thema ‘Lente’

IMG_9942

Thema ‘Herfst’.

IMG_9946

Thema ‘We doen een project in Eindhoven en raken daar totaal de weg kwijt’

IMG_9953

Thema ‘Oud en Nieuw’

IMG_9955

Tekeningetjes van twee inside-jokes die in mijn brugklas gemaakt werden. Ik weet alleen niet meer waarom het zo grappig was.

IMG_9966

‘Zet dit met koeienletters in je agenda!’ zei je mentor wel eens. En dan deed je dat.

IMG_9963

En als klapper op de vuurpijl: een spiegeltje achterin. Dat had ik in de Fancy gelezen, en dat leek me superhandig.

IMG_9964

Ik heb mijn agenda dat jaar in ieder geval erg intensief gebruikt. Dat kan ik nu bepaald niet meer zeggen.

#84 ALL THAT MATTERS

IMG_3336

‘Goooeeeedemorgen!!!!! Wakker worden!’ ‘Bats boem beng!’ ‘Over twee minuten op het sportveld!’ ‘Boem bats beng!’ ‘Klingelingeling!’ ‘Allemaal aankleden – nee, natuurlijk ga je niet in je onderbroek naar buiten!’ ‘Bats beng boem!’ ‘Wakker worden!’

Deze geluiden schalden om kwart voor zeven door de gangen. Om kwart over zes ging de wekker, om half zeven slingerde ik mijn benen uit bed. Joggingbroek aan, plens water in mijn gezicht en op onze tenen naar de keuken. Daar vonden we lepels, pannendeksels en ook nog een bel. Trappen weer op, 3, 2, 1…

Een week als minimentor mee op werkweek gaan is erg goed voor je zelfvertrouwen. ‘Jullie zijn zo lief!’ ‘Ik wou dat we zes minimentoren hadden, want jullie zijn allemaal zo gezellig’ en meer van dat soort uitspraken. Daarnaast het feit dat bruggers graag met je komen kletsen en over het algemeen meteen luisteren als je iets vraagt. Maar vanochtend aan het ontbijt bleek de liefde over. ‘Moest dat nou?’, boze blikken en zelfs ‘We pakken jullie nog wel terug!’. Toen ik vertelde dat ik als brugklasser ook uit mijn bed ben gelicht voor ochtendgymnastiek, verzachtte dat de pijn een beetje.

Bij de lunch deden we het nog eens dunnetjes over. Een paar dagen geleden werden ik en mijn kamergenootjes na het eten, voor een hele zaal met brugklassers, door een docent gevraagd om even op te staan. ‘Want wat we daar aantroffen tijdens de kamerinspectie… Overal kleren, snoeppapiertjes, schoenen…’ Gevolg: een stuk of tien brugklassers aan onze deur, die maar al te graag onze ‘enorme puinhoop’ wilden bekijken. En vervolgens een redelijk nette kamer aantroffen. (Ja, ik zeg redelijk, ik ben ook geen heilig boontje. En daarnaast slecht in het leven vanuit een koffer.) Voor het eten kondigden we aan dat wij mini’s nog even iets wilden zeggen over de ochtendgymnastiek. ‘Prima,’ sprak één docent, nietsvermoedend. ‘Jongens, jullie hebben het allemaal heel goed gedaan vanochtend. Maar er waren twee mensen die ons teleurgesteld hebben… Of zij even op willen staan?’

En zo kwam het dat er twee docenten push-ups deden in de eetzaal. Wakker gemaakt worden en vervolgens blijven liggen, dat kan natuurlijk niet. ‘Dus mogen jullie het nu even inhalen.’ Maar ook de brugklassers en minimentoren werden nog even flink aan het werk gezet met een potje touwtrekken. Voorafgaand hieraan deden we de ‘ja/nee’ quiz. De vorige avond hadden we gevuld met het bedenken van rare dingen over docenten, minimentoren en onze school. Sommigen waar (‘In de zomervakantie hebben er koeien op het sportveld gestaan.’ Ik kon het eerst ook niet geloven, maar ze waren ontsnapt en beland op het gras achter de school) anderen niet (‘De beha die de mini’s gebruikten bij hun act was rood.’ Nope – hij was roze.) Prima spel vond ik, wij hoefden alleen maar in de zon te liggen en toe te kijken. Maar daarna dus touwtrekken en toen was actie vereist. De tactiek werd doorgesproken (om en om links en rechts gaan staan, handen ook afwisselen, sterksten achteraan) en trekken maar. Drie uit vier gewonnen – we konden weer trots zijn op onze klas.

Een bus draaide het terrein op: het was bijna tijd om te gaan. Er werden groepsfoto’s gemaakt. Echte plaatjes waren het: lachende en juichende kinderen omringd door een groen grasveld en een strakblauwe lucht. De lol straalde er vanaf. ‘Dit is op het moment hun leven.’ zei een docent. Ik weet dat hij gelijk had, omdat ik het me nog zo goed kan herinneren van mijn eigen werkweek. Niets anders leek uit te maken. Een mooi toneelstuk maken, alle spelletjes winnen en je agenda voorbeeldig invullen – dat was toen belangrijk. Maar boven alles: nieuwe mensen leren kennen. Gesloten vriendschappen zouden voor altijd zijn. Deels klopte dit natuurlijk niet: er zijn mensen waar ik op werkweek veel mee omging, maar die ik nu nooit meer spreek. Aan de andere kant heb ik heel wat echte vrienden overgehouden aan die dagen. Mijn klas in de eerste was erg hecht en zal denk ik altijd mijn favoriete klas blijven. Nog geen gekat tussen de meisjes of geklooi met de jongens. Iedereen ging om met iedereen, zei wat hij bedoelde en wat hij dacht (soms tot irritatie van docenten). We hadden vooral heel veel lol met elkaar. Ik hoop dat mijn klasje hun brugklasjaar ook zo gaat beleven. En dat ik daar misschien een klein beetje bij kan helpen.

#83 LOUD AND CLEAR

IMG_3323

 

De ochtend begon met wat gekreun, een warme douche en een potje pinkelen bij het ontbijt. (‘Commando plat. Commando bol. Hol. Ha! Af!) Vervolgens weer lessen (‘Maar, wat nou als je écht de weg kwijt bent?’) en lunch. (‘Commando bol. Muur. Plat. Hol. Vlaggetjes. Eeeeennn pinkelen. Ja, allemaal af!’)

’s Middags was het tijd voor waterspellen. Dat de buienradar regen voorspelde, maakte niet zo veel uit: nat werden we toch wel. We, ja, ik ook, ondanks dat ik niet deelnam aan de spellen maar gewoon punten stond te turven en aan stond te moedigen. In het begin zorgde enkel de regen voor wat spetters op mijn t-shirt. Ik moest wel oplettend zijn. ‘Jongens, jullie weten dat jullie niet gaan winnen als jullie nu mij gaan bekogelen, hè?’ Maar niet alleen voor de bruggers moest ik uitkijken – vertrouw nooit een leraar met een tuinslang in zijn hand, dat heb ik vorig jaar wel geleerd. Tijdens de spellen bleef ik dus droog. Tijdens het watergevecht wat daarna losbarstte niet. ‘Allemaal op de minimentoren!’ Achtervolgingen door het natte gras, slippers die in het rondvlogen en hele emmers water over mijn hoofd. Doorweekt tot aan mijn bikinibroekje (want dit hadden we natuurlijk zien aankomen). Maar wel veel gelachen en bovendien: het hoort er gewoon bij. Ik was absoluut niet de enige – achtentachtig bruggers verlieten rillend het sportveld.

De rest van de dag stond in het teken van de Bonte Avond – nadat iedereen weer warm en droog was, tenminste. Er werd geoefend, er vond een generale repetitie plaats en toen was het zover. ‘Zenuwachtig?’ vroeg ik. ‘Neuh..’ Had ik kunnen weten – zenuwen zijn niet cool. De drie klassen hadden totaal verschillende dingen bedacht, dat was heel leuk om te zien. Ons klasje deed het super: met veel enthousiasme, leuke liedjes tussendoor en: luid en duidelijk. (Maar dat kon ook bijna niet anders. ‘Wat is ook alweer het allerbelangrijkste, jongens?’ ‘Luid en duidelijk!’ ‘Goedzo.’ Maar vooral plezier hebben natuurlijk, dat zei ik er telkens snel achteraan. Al deden ze dat toch wel, ook zonder mijn advies.) En toen waren wij mini’s zelf aan de beurt. Snel naar achter en stress, stress, want we moesten ons snel omkleden en bovendien was het behoorlijk donker. ‘Waar is mijn sok? Jongens, ik ben mijn sok kwijt!’ ‘Ssshht!’ ‘Ik moet nog sproeten!’ ‘Dames, zijn jullie klaar?’ ‘We hadden toch vijf minuten?’ ‘Heeft iemand mijn sok gezien?!?’ Met één sok stond ik uiteindelijk te dansen, wat eigenlijk ook wel bijdroeg aan de knulligheid van onze outfits. Bloesjes hoog dichtgeknoopt, bretels, brillen, pleisters, kniekousen (of één kniekous, in mijn geval), rugzakken gevuld met kussens en ons haar in K3-stijl (vlechtjes, twee staartjes of één staart op een plek waar hij normaal nooit zit). Ja, dit jaar gingen we er helemaal voor. Ook wat zang betreft – luid en duidelijk, ik moest er natuurlijk zelf ook aan geloven. ‘Ik ben een brugsmurf, brugpieper!’ Ja, dat zit zeker nog een week in mijn hoofd.

De disco die volgde was ook heel leuk – het plezier was aan heel veel gezichten af te lezen, super om te zien. Om elf uur werden er ‘banen op het spel gezet’ om nog een half uurtje door te kunnen gaan (‘want daar zijn hele strenge regels voor. Dit kan eigenlijk echt niet.’) ‘Maar kunnen we dan wel afspreken dat iedereen straks binnen tien minuten in bed ligt met het licht uit?’ In koor ‘Jaaa!’ natuurlijk, super schattig. Toen het echt, écht afgelopen was, lag iedereen behoorlijk snel in bed. Niet gek: van die korte nachtjes, vele indrukken en volle schema’s wordt je behoorlijk moe. Wij zaten nog even beneden, maar maakten het niet extreem laat. De wekker zou om kwart over zes gaan. Waarom? Dat lees je morgen.

(Wat een cliffhanger, hè?)

#82 MISS, REFEREE, DIRECTOR

IMG_3313

Vandaag werd ik om kwart voor acht wakker na een vrij onrustige nacht. Dit kwam deels door het feit dat het behoorlijk gezellig geweest was, beneden en vervolgens boven. Deel twee van de onrust werd veroorzaakt door een stuk of twintig muggen. Gelukkig hadden we een biologieboek om als wapen te gebruiken. Docent biologie vond het iets minder leuk (sorry, meneer), maar nu was er wel een stukje échte biologie aanwezig, in plaats van al die schematische plaatjes.

De dag begon met lessen: pesten, agenda’s en huiswerk kwamen aan bod. ’s Middags stond er sport op het programma. Hindernis-slagbal, de mini’s speelden voor scheidsrechter. Speelden, ja, een echte prof kan ik mezelf nog niet noemen. Letten op honk 1, 2, 3 en de brandplaats, ligt het slaghout wel goed in de emmer en ondertussen voorkomen dat er ballen tegen mijn hoofd aan kwamen. Ondertussen werd er best wat gesjoemeld ‘Juffrouw, juffrouw! Zij spelen vals!’ ‘Juffrouw’, dat was iets waar ik aan moest wennen hoor. Maar af en toe moest ik daadwerkelijk even de strenge juffrouw uithangen. ‘Nee, terug! Je moet nog door die hoepel heen!’ En dan was het weer klaar. Wel gebeurde dit alles terwijl ik lekker achterovergeleund in het zonnetje zat – zo intensief was het dus ook weer niet. Blijdschap en teleurstelling bij de uitslag (want ook hier: fanatisme alsof er levens vanaf hingen).

Na juffrouw en scheidsrechter speelde ik voor regisseuse tijdens expressie. Ik oefende met de toneelgroep en na een uurtje was ik al supertrots op ze. Een leuk en origineel verhaal was al bedacht en tijdens de uitwerking hiervan kwamen ze met hele leuke ideeën, teksten, grapjes en oplossingen. Het oefenen ging geconcentreerd, er werd geïmproviseerd en de ‘technische en tactische tips’ waren blijven hangen (LUID en dui-de-lijk praten). Echt tof om te zien. Aan het einde van ons toneeluurtje kreeg ik te horen dat m’n cluppie het ook leuk had gevonden, kortom: iedereen blij.

Na het eten sorteerden wij mini’s ‘even’ een stuk of 1000 speelkaartjes, die vervolgens moesten worden geteld. (‘Had je dat stapeltje al meegerekend?’ en dan kon je weer opnieuw beginnen.)  ’s Avonds werden ze gebruikt bij Levend Stratego. Het was te merken dat onze wuppies flink gerend hadden, want boven werd het al vrij snel stil. Maar niet voordat Colette en ik alle kamers van onze klas langs geweest waren, natuurlijk. Heel leuk is dat, om ’s avonds nog eventjes te kletsen met ‘onze’ bruggers. Wat was het leukste moment van de dag, uitspraken over ‘die ene rare leraar’, opbloeiende liefdes… Ja, in een week kan veel gebeuren!