De houding van middelbare scholieren is rond deze tijd van het jaar (lees: bijna zomervakantie) te vergelijken met deze boeken: futloos en onderuitgezakt. Leerlingen nemen elkaar mee in hun val, want gezeur werkt aanstekelijk. Ze willen niet meer leren, niet meer werken. Maar het moet – is het niet van henzelf, dan wel van ouders of docenten. Strijders noemen zij zich.
(Na de strijd zijn ze misschien gesneuvelden. De tijd zal het leren.)
Die tijd is ook het probleem. Het teveel aan tijd zorgt voor een uitzichtloze situatie, waarin het nog eindeloos duurt voordat ze eindelijk vrij zijn. Anderzijds is er te weinig tijd. Te weinig om alles te begrijpen wat begrepen moet worden. En het ook nog allemaal te onthouden.
Sinds kort weet ik dat wanhopig zijn in deze situatie een keuze is. De andere optie: je doet gewoon een beetje rustig aan. Maakt een realistische planning, let eens op in de les. Niet te veel zeuren. En dan zijn die laatste twee weken zo voorbij.