Na weken of misschien wel maandenlang aftellen vertrokken Merel en ik vandaag richting Friesland. Tussen half vier en half zes werden we verwacht, om half vier stonden we voor de deur. We waren bijna de eersten. De navigatie gaf een reistijd van ongeveer twee uur aan, maar die houd natuurlijk geen rekening met de rijstijl van de bestuurder. (Papa, in dit geval. Zijn rijstijl: gas erop.) We vonden het wel prima, nu hadden we flink de tijd om ons te settelen. Onze roomies waren er nog niet, dus konden we ons eigen bedje kiezen. En toen was het wachten geblazen en duimen voor leuke kamergenootjes. Onze gebeden werden verhoord, na een halfuurtje stapten twee gezellige meisjes uit Amstelveen de kamer binnen. (Dat moet ik ook wel zeggen, aangezien er een grote kans is dat ze dit lezen. Nee hoor, grapje schatjes.) De inwijding van onze kamer kon beginnen. Ofwel: de verspreiding van alle zooi die we hadden meegenomen. Niet alleen ik had veel bij me, met het excuus ‘het zekere voor het onzekere’. Muziek knalde door meegebrachte boxjes en al snel voelden we ons behoorlijk thuis. ’s Avonds gingen we meteen het water op en bleken we met z’n vieren op de boot te zitten. Ook nog een leuke instructeur – onze week kon nu al niet meer stuk. We zeilden bij zonsondergang. Eenmaal terug op de kamer hadden we elkaar enorm veel te vertellen. We kletsten we tot de lichten al lang en breed uit waren. Binnen een halve dag kenden we al behoorlijk wat (onbelangrijke) details uit elkaars leven. Er was echter één detail waar we het niet over wilden hebben: de wekker die de volgende ochtend om acht uur zou gaan. ‘Jongens, we kunnen nog maar vijf uur slapen!’ Oeps…
Hee Milou, wat moeten al die mensen nu wel denken van mijn rijstijl…….
Xxx uit Boston
Ja gas erop, dat kan je niet ontkennen pap! Maar wel veilig (: xxx