Wanneer je per metro een nieuwe stad binnentreedt, is het maar de vraag waar precies je weer bovenkomt. Aan de namen van de stations ontleen je nog niets: Xativa; Mislata, Faitanar. Er is geen transitie van platteland, industrie, buitenwijk, centrum – je tast letterlijk in het duister. Sowieso had ik weinig te maken met het hoe, wat en waar van deze vakantie. Een paar uur van tevoren mikte ik wat jurkjes in een koffertje. Tot zover mijn voorbereiding. Vertrektijden, uitstaphaltes, logistiek, alles was al uitgeplozen. Ik ging mee met de flow deze week, met negen meiden in Valencia. En ik genoot.
Na een reis van bus, trein, bus, vliegtuig en dus de metro, bleken we rond negen uur ’s avonds midden in het centrum terecht te zijn gekomen. De zon stuurde een warme gloed door de nog warme straten, onze handbagagekoffertjes ratelden enthousiast. Ik wist nog steeds niet waar ik precies was, tot een paar minuten later. We waren in het centrum-centrum, het mooie oude gebouwen-centrum, recht achter de stierenvechtarena-centrum. Plaza de Toros – vanuit het keukenraam keek je uit op het buitenverblijf en haar logge bewoners.
Het werden vanzelf een beetje ‘onze’ stieren. Elke dag ging er wel iemand kijken hoe ze erbij lagen, en belangrijker: of ze er überhaupt nog waren. Posters vertelden ons dat er die week gevechten plaats zouden vinden. We gingen er zeker niet heen, daar waren we het gelukkig over eens. Toch kregen we er genoeg van mee. Onze blikken naar beneden werden soms beantwoord door norse mannetjes met scherpe stokken. Vanaf de straat was er niets te zien, maar wij wisten beter – en konden dus ook de schijtlucht plaatsen die bij vlagen aanwezig was. (Ach, ik zou het ook in mijn broek doen.) Op het plein was er protest. ‘Per jaar gaan er 70.000 stieren op deze manier dood,’ wist Hanne van de borden. ‘Worden die dan eigenlijk begraven?’ werd er gevraagd. Eerst moest ik lachen, maar ik bedacht me later: was het maar waar. Bij het aanzicht van zulke massagraven zouden ze het misschien laten. Voor nu verlenen ze slechts enkele toros gratie.
De rest van de vakantie was heel vrolijk! Ik ga het allemaal opschrijven, om het zelf niet te vergeten. En ik neem jullie graag mee!