siësta

In de auto van mijn moeder koerste ik naar Utrecht. Ik ging wat spullen halen, maar wilde vooral even daar zijn. De weg ernaartoe leidde langs een zee aan gele bermbloemen en vele platgereden vogels – niet de heropleving van de natuur waar ik op had gehoopt.

Geen bos of strand deze Pasen – ik koos voor de binnenstad. De sfeer deed denken aan een Spaanse kustplaats tijdens de siësta: straten zonovergoten, winkels gesloten. Als verdwaasde toeristen liepen we er rond. Niets om te doen, niets om te kopen. Aan de singels deden de bloesems een poging tot compensatie.

Vergeleken met het dorp was de situatie hier duidelijker zichtbaar. Utrecht had gedwongen afstand gedaan van haar bruisende aard en ervoor in de plaats kwamen gebaren die ook grootser leken – of dramatischer, het is maar waar je vandaan komt. Ik passeerde meerdere mensen die met eten in schalen over de stoep liepen: goede daden afgedekt met aluminiumfolie. Achter de ramen hingen briefjes met telefoonnummers van de bewoners, ‘voor welke hulp dan ook’. Ik telde wel tachtig posters met een illustratie van Dick Bruna. ‘Zorg goed voor elkaar,’ zoals alles en iedereen ons nu vertelt. Maar ook ik hoorde het liever via de trots van Utrecht.

Na een paar uur was het tijd om te gaan. Toch had het niet gevoeld als een bezoek – ik woonde weer heel even daar.

Een gedachte over “siësta”

  1. Dat t de corona zo’n grote impact kan hebben op een grote stad! En dan is t nog wel wereldwijd zo, maar als we volhouden dan wordt t t snelst weer een beetje normaal!

Laat een reactie achter

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.