WAT GOED IS

9R7A4078

We bespraken Descartes, vorige week. Het bord werd volgeschreven met zijn gedachtegoed, met als conclusie zijn bekendste uitspraak: cogito ergo sum – ik denk, dus ik ben. Voor het eindexamen filosofie dienen we de theorie te kennen die leidde tot deze uitspraak: de methodische twijfel. Descartes besloot aan alles te gaan twijfelen, om zo zekerheden te vinden – zaken waar niet aan te twijfelen viel en die als fundament gebruikt konden worden voor de verdere filosofie. Ik voelde me Descartes, de afgelopen weken. Maar waar hij met zijn getwijfel een antwoord zocht op de vraag ‘Wat is waar?’, hield ik me bezig met een andere kwestie. Wat is goed?

Aangezien ik er graag vanuit ga dat de mens van nature goed is, neem ik aan dat iedereen het liefst de best mogelijke keuzes maakt. Sommigen doen dit heel weloverwogen, anderen zijn impulsiever van aard. Toch is er een gelijkenis, die schuilt in het feit dat mensen zullen kiezen voor datgene wat hen het juiste lijkt. Maar soms blijkt een keuze achteraf toch niet zo goed geweest. De reden daarvoor: wat goed lijkt, staat niet altijd gelijk aan wat goed is.

9R7A4089

Goed op alle fronten

Volgens mij zijn er verschillende soorten goed. Zo is er ‘goed voor anderen’, en ‘goed voor jezelf’. Dat laatste valt weer opnieuw op te splitsen: goed voor je gevoel, voor je gedachten, voor je gezondheid. Er is goed op lange of korte termijn. In de ideale wereld zouden deze belangen altijd met elkaar verenigbaar zijn: een goede keuze is dan automatisch ‘goed op alle fronten’. Maar zo werkt het niet altijd. En dan zal je moeten kiezen: welk belang gaat voor?

Een universeel antwoord op die vraag bestaat niet. Ieders belangen zijn tenslotte anders. Het afwisselen van belangen is voor mij een goede optie bij het maken van keuzes. De ene keer kies ik voor mezelf, de andere keer kies ik voor een ander. Soms kies ik voor nu, soms voor later. Die keuzes zijn allemaal op hun eigen manier goed. Maar vorige week botsten mijn belangen met die van anderen. Er waren mensen gekwetst, mede door een keuze die ik maakte. En toen sloeg de twijfel toe. Waarom had ik zo gehandeld? En hoe had ik het beter kunnen doen?

9R7A4095

Vraagtekens plaatsen

Zoals dat gaat bij filosofische problemen, leidde één vraag automatisch tot een volgende. En zo wierp mijn twijfel over één ding, een schaduw over zaken waar ik altijd zeker van was. Ik ging vraagtekens plaatsen bij keuzes waarvan ik wist dat ze goed waren. Alles werd in twijfel getrokken. Dat resulteert erin dat ik niet meer kan duiden wat ik belangrijk vind, wat ik kan of wat ik voel. (‘Hoe gaat het met je?’ ‘Ik weet niet. Goed. Denk ik.’) Alles wordt zo zwaarder en donkerder dan het hoort te zijn.

Mijn twijfel was, in tegenstelling tot die van Descartes, niet methodisch te noemen. Hij wist zijn overpeinzingen netjes te categoriseren. Ik zie het helemaal voor me: Descartes zit aan een bureau in een hutje op de hei. Voor hem ligt een blanco vel papier, in zijn hand houdt hij een ganzenveer, klaar om de eerste zekerheid te noteren. Descartes beheerst de twijfel, en dat zou ik graag kunnen. Want soms beheerst de twijfel mij.

Twijfelen is prima. Het houdt je scherp en laat je nadenken over de juistheid van je handelen. Het laat je inzien dat je soms foute keuzes maakt. Maar hoe tegenstrijdig het ook klinkt: ook die foute keuzes zijn gebaseerd op het goede. Of in ieder geval: wat ooit het goede leek te zijn. Wanneer men dat inziet, kunnen er excuses gemaakt worden, kan er worden vergeven. Op die manier heeft ook mijn twijfel een doel. Echter, aan alles twijfelen werkt verlammend. Het is vermoeiend en bovendien onnodig. Want mijn visie op het goede mag dan geen zekerheid zijn zoals Descartes ze zoekt – ik mag er wel op vertrouwen.

En nu twijfel ik – ironisch genoeg – of ik dit moet plaatsen. Maar ik doe het toch, omdat ik zeker weet: ik ben niet de enige die hier wel eens last van heeft.

FILM – WIE WE ZIJN

‘Wie we zijn’ is ontstaan uit liefde voor het doen van creatieve dingen, uit nieuwsgierigheid, maar in eerste instantie als profielwerkstuk. Na een paar maanden van denken, schrijven, schrappen en beelden maken, is hier het resultaat. Een film over de vraag: wat maakt ons tot wie we zijn? Ik wil er niet al te veel woorden meer aan besteden. Ik hoop dat jullie gaan kijken en ik hoor heel graag jullie reacties. Vragen (zowel inhoudelijk als over het proces), opmerkingen, hersenspinsels, ze zijn allemaal welkom!

Mocht je graag meer willen lezen over dit project, dan kan ik je deze blogposts aanraden:

Waar ik nou eigenlijk mee bezig ben

Trailer – Wie we zijn

En deze als je geïnteresseerd bent in het (denk)proces dat aan dit project vooraf gegaan is:

#270 Thoughts

#294 Portraits

Dit was mijn weekend

WAAR IK NOU EIGENLIJK MEE BEZIG BEN

Schermafbeelding 2015-01-29 om 20.49.02

Vandaag ga ik (eindelijk) uitleggen waar ik nou eigenlijk mee bezig ben. Dat ene project waar ik het zo druk mee heb, waar ik steeds naar refereer, om er vervolgens niets over te vertellen. Dat ga ik nu dus wel doen – of in ieder geval een poging tot.

Om bij het begin te beginnen

In de zesde klas van het VWO moet iedere leerling een profielwerkstuk maken. Dit is een onderzoek waar je minstens tachtig uur tijd in moet steken. Je kiest een vak, kiest een onderwerp en stelt dan al het werk uit tot de kerstvakantie. Die twee weken sluit je jezelf op in je kamer en probeer je tachtig uur werk in tien uur tijd te stoppen. Dat lukt soms wel, soms niet.

De onderwerpen die gekozen worden zijn uiteenlopend. Sommigen doen een onderzoek zoals ik me dat voorstel: met reageerbuizen en witte labjassen in een practicumlokaal. Maar voor geschiedenis kan je bijvoorbeeld ook literatuuronderzoek doen en schrijven over de theologische verschillen tussen Luther en Calvijn, vanuit een historisch oogpunt. Om maar een zijstraat te noemen.

Tot zover de algemene profielwerkstukpraat.

Niet te stoppen

De oplettende lezer heeft waarschijnlijk al opgemerkt dat ik nog niet in de zesde klas zit. Met een docent tekenen op school heb ik al een tijd geleden afgesproken dat ik mijn profielwerkstuk bij hem zou gaan maken. Begin dit schooljaar vroeg hij me of ik een idee had wat ik wilde gaan doen.  Toen begonnen er allerlei radartjes te draaien. Ik kreeg allerlei ideeën en was eigenlijk niet meer te stoppen. Er was ook niemand die dat probeerde, overigens. Dus besloot ik maar gewoon te beginnen.

Ik wilde iets met film, dat was duidelijk. Maar het moest natuurlijk ook ergens over gaan. Al snel dacht ik aan filosofie, aangezien dat het vak is dat ik het allerleukst vind. En na veel denken, schrijven en schrappen, formuleerde ik de vraag waar ik een antwoord op wilde gaan zoeken: wat maakt ons tot wie we zijn?

Schermafbeelding 2015-01-29 om 22.44.44

Hoe ik dit alles (niet echt) organiseer

Ik ben afwisselend van voren naar achteren en van achteren naar voren aan het werken. Dat klinkt ingewikkelder dan het is. Onder ‘voren’ versta ik het uitschrijven van de theorie die ik zelf bedacht heb, waarin ik een antwoord op mijn vraag probeer te formuleren.

Onder ‘achteren’ versta ik het bedenken, filmen en monteren van beelden. In sommige gevallen heb ik nog geen idee waar ik die eigenlijk voor ga gebruiken. Snappen jullie inmiddels wat ik bedoel met ‘wazig gedoe’?

Zaak is nu om deze beelden (die op zich mooi zijn, maar nog weinig betekenis hebben) en mijn verhaal (dat op zich duidelijk is, maar wel erg theoretisch) samen te voegen tot een geheel. Zoals ik eerder al zei: er beginnen wat stukjes op z’n plek te vallen. Maar het eindresultaat laat nog wel even op zich wachten.

Schermafbeelding 2014-10-19 om 19.07.33

Waarom dit zo leuk is

Ten eerste: ik vind het echt mega interessant. Het zit in mij om overal vraagtekens bij te plaatsen en dat kan ik nu naar hartelust doen. Neem als voorbeeld een vraag die ik mezelf aan het begin van dit project stelde: is het mogelijk om categorieën op te stellen die, wanneer je invult hoe ze er voor jou uitzien, laten zien wie je bent? Je zou kunnen denken aan je drijfveren, uiterlijk, beroep en smaak. Er zijn er natuurlijk nog veel meer te noemen, maar voor dit voorbeeld neem ik deze vier.

Stel je voor dat je ontslagen wordt en geen gelijke baan meer kunt krijgen. Je beroep verandert dan door de beslissing van een ander. En wanneer je zegt dat je beroep (deels) laat zien wie je bent, kan ‘wie je bent’ blijkbaar veranderen door een keuze die een ander gemaakt heeft. Wil dit dan zeggen dan anderen kunnen bepalen wie je bent? Of dat je beroep eigenlijk niets zegt over wie je bent? Of misschien is ‘wie je bent’ alleen maar een momentopname, omdat een persoon te veranderlijk is om te kunnen definiëren. Maar hoe lang duurt dat moment dan, en wanneer verander je van het ene in het ander? En word je dan echt een ander persoon?

Whaa, zo veel vragen! Daar word ik enthousiast van, ik kan er niets aan doen. De filosofienerd in mij neemt het over.

(Ik bedenk ook antwoorden, hoor, don’t worry. Maar dat komt later.)

Het is ook een onderwerp dat erg speelt in mijn eigen leven. Nu ik bezig ben met mijn studiekeuze, zijn ‘Wie ben ik?’ en vooral ‘Wie wil ik zijn?’, vragen die regelmatig passeren.

IMG_0547

Diepgaande gesprekken

En verder: alles is mogelijk. Er is geen opdracht of richtlijn, niemand die zegt hoe ik het moet doen. Ik kies het verhaal dat ik wil vertellen en op welke manier ik dat wil doen.

Dat wil niet zeggen dat ik het daadwerkelijk alleen doe. In tegendeel, zelfs. Om erachter te komen wat de mens tot mens maakt, leek het mij belangrijk om van een hoop mensen te horen hoe zij daarover denken. Ik vraag het aan mijn vriendinnen en klasgenoten, houd diepgaande gesprekken met mijn moeder, met docenten op school, met mijn broer, met… Met wie niet, eigenlijk. Doordat het project zo breed is, zijn al die gesprekken verschillend van insteek. Het gaat van biologisch tot filosofisch, van psychologisch tot artistiek. En uiteindelijk mag ik dan weer kiezen welke van deze benaderingen ik ga gebruiken.

Zo, nu zijn jullie ietsjes wijzer. Ik denk dat ik mijn theorie hier in stukjes met jullie ga delen, misschien samen met stills uit de film (die stiekem ook al een paar in deze post zitten). Als een soort behind the scenes. 

Ten slotte: ik ben benieuwd naar ieders mening hierover. Het praten met allerlei verschillende mensen vind ik één van de leukste dingen van dit project en ervaar ik als heel nuttig en inspirerend. Heb je een idee, suggestie, kritische vraag of iets anders waarvan je denkt dat het iets toevoegt aan dit project, dan hoor ik het heel graag. Stuur dan even een mailtje naar contact@picturethisbymilou.com.

#306 NOTES PT. 2

IMG_4211

Joe, daar ben ik weer mijn briefjes. Weinig inspirerend, ik weet het. De testweek is nou eenmaal een aanzienlijk deel van mijn dagelijks leven op dit moment. Maar geen zorgen, over een paar dagen is het voorbij.

Ditmaal geen ‘ik-moet-dit-niet-vergeten-briefje’, maar een ‘ik-leg-het-je-even-uit-briefje’. Wanneer iemand mij via Whatsapp vraagt of ik kan vertellen wat abstraheren is, wil ik dat met alle liefde doen. Maar sommige zaken laten zich in beelden nou eenmaal gemakkelijker uitdrukken. En zo tekende ik twee boompjes op een blaadje. Mijn concrete boom is nog steeds niet erg concreet, maar het idee was duidelijk.

En een beetje duidelijkheid konden wij filosofen in spé wel gebruiken, met een test kenleer in het vooruitzicht. Waar dat over gaat? De werkelijkheid, de waarheid en hoe elke filosoof een andere redenatie heeft voor het wel of niet bestaan hiervan. Hoe komen wij tot kennis? Is deze kennis per definitie waar? En komt deze overeen met de werkelijkheid? Bestaat er überhaupt wel een werkelijkheid? Zo niet, waarom wel?

Hartstikke interessant allemaal, maar op een bepaald punt wordt het toch ook irritant dat elke vraag tot een volgende lijkt te leiden. Gelukkig kon ik, als ik even het bos niet meer zag, terugvallen op mijn twee boompjes.

#91 I’M OUT

IMG_9901

Ik heb medelijden met mijn filosofiedocente. Vandaag had ik namelijk een schriftelijk examen ethiek. Wat dat inhoudt? Onder andere rechtvaardigheid, normen, waarden, moraal en de visie van verschillende filosofen. Maar het is vooral schrijven. Honderd minuten lang alles neerpennen wat er in je opkomt. Anders krijg je het sowieso niet af.

Nou kijk ik meestal nog even naar mijn gemaakte werk, voordat ik het inlever. Ik krabbel wat toevoegingen in de kantlijn, maar streep vooral ook heel veel door. Tijdens dat non-stop schrijven komt er namelijk een heleboel flauwekul naar boven. Want laten we even eerlijk zijn: filosofie heeft absoluut te maken met kennis over bepaalde zaken, en onderbouwing met sterke argumenten. Maar aan de andere kant gaat dit heel gemakkelijk over in ‘gewoon maar een eind wegkletsen.’ Dat geklets komt dan allemaal op papier terecht. En ditmaal had ik geen tijd meer om de onzin te schrappen – ik was pas net bij de laatste vraag aangekomen toen de zoemer ging. Vandaar mijn medelijden: die docente zal het allemaal onder ogen moeten zien. Ik hoop dat ze erom kan lachen.

Eenmaal thuis stond ik voor een lastige keuze: leren of niet leren. Het enige vak dat ik de volgende dag had, was levensbeschouwing – ik neigde dus naar niet leren. (Waarom zal ik morgen uitleggen.) Gelukkig was ik in staat om verder dan één dag vooruit te kijken; ik sloeg mijn biologieboek open. En vooruit, toch ook maar een samenvatting maken van ‘Hoofdstuk vier: de islam’. Op een bepaald moment betrapte ik mezelf erop dat ik al een tijdje gedachteloos naar een tekst aan het staren was. Ik besloot dat het weer even genoeg was. Ik schreef een briefje en ging naar buiten.

Misschien was dit ethisch gezien niet de goede keuze. Maar voor mij was het dat wel.

 

#87 ON AN ADVENTURE

foto.PNG-2

Ik heb vandaag weer een avontuur meegemaakt, hoor. Na het zesde lesuur mocht ik naar huis om naar de basisschool te gaan waar ik binnenkort filosofieles ga geven aan een klasje. Vandaag ging ik even kennismaken. ‘Hoi, ik ben Milou en kom jullie binnenkort een paar lesjes geven.’ Daar kwam het ongeveer op neer. Daarnaast beantwoordde ik nog wat prangende vragen. (‘Hoe oud ben je?’ ‘Op welke sport zit je?’ ‘Heb je huisdieren?’) De vorige keer gaf ik les samen met vriendin Colette, ditmaal doe ik het alleen. Ze werd al gemist voordat de kinderen haar überhaupt ontmoet hadden. ‘Juffrouw, er zouden toch twéé meisjes komen?’ Colette werd ook door mij gemist. Ik moest namelijk naar huis fietsen… En raakte de weg kwijt. Verassing!

Ik wilde via een handig binnendoorweggetje een flink stuk afsnijden. Dat had ik met Colette namelijk ook altijd gedaan. Wel jammer dat ik het betreffende weggetje nu absoluut niet kon vinden. Zeker tien minuten reed ik rondjes door zo’n ellendige nieuwbouwwijk. Waar alle huizen op elkaar lijken. ‘Ben ik hier nou al geweest of niet?’ is de gedachte die zonder twijfel het vaakst door mijn hoofd is geschoten vandaag. Via Whatsapp verzond ik een noodkreet, maar daar reageerde natuurlijk niemand op. De familie dacht dat ik vanuit mijn eigen school op weg was naar huis. Aangezien ik die route wel zelfstandig kan afleggen (dat mag ook wel, na bijna vier jaar), werd ik niet erg serieus genomen.

Nou hoor ik je denken: ‘Milou, je had dus een telefoon tot je beschikking, wáárom heb je Google Maps niet gebruikt?’ Nou, dat heeft met verschillende dingen te maken. Ten eerste stelde Google een route voor waarvan ik zeker wist dat die niet bepaald recht op het doel afging. En dan ben ik te koppig om die te volgen. Daarnaast fiets ik zelfs (of misschien vooral) met een kaart de verkeerde kant op. Waarom staat dat pijltje dat de richting aanwijst, steeds ondersteboven? Dat is niet logisch! Daarbij komt nog mijn links-rechtsprobleem en je snapt waarom ik zelfs met Google Maps faliekant de verkeerde kant op reed. Via een behoorlijke omweg kwam ik uiteindelijk terecht op een bekende route. Ik spreek soms misschien wat laaghartig over het dorp(je) waarin ik woon, maar op dat moment was ik toch blij om er weer te zijn.