Op tijd op school komen is voor mij eigenlijk nooit een probleem geweest. In de eerste klas fietste ik met twintig andere enthousiaste bruggers naar school. We moesten regelmatig stoppen omdat er weer eens een zware boekentas van de bagagedrager gedonderd was, maar door het recordtempo dat we aanhielden kwamen we toch standaard een kwartier te vroeg. Nu, vier jaar later, fiets ik meestal met één vriendin, soms alleen. Eenmaal op school heb ik zo’n vijf minuten de tijd om mijn spullen in mijn kluisje te dumpen en vervolgens richting mijn les te gaan. Er is dus niet veel speling, maar die is ook nooit nodig geweest. Tot vandaag.
Alle jeugd uit het dorp waar ik woon is na de basisschool genoodzaakt hun opleiding elders voort te zetten. In de meeste gevallen is dat Eindhoven. Vanaf half acht ’s ochtends trekt er dan ook een hele stoet pubers op de fiets het dorp uit. Allen moeten zij het kanaal over via een brug. Het ding staat natuurlijk altijd open op dagen dat je tóch al bijna te laat ging komen. Toen ik er vandaag aankwam dacht ik dat dit ook nu het geval was. Al een paar honderd meter van tevoren stonden de auto’s stil en vlak voor de brug wachtten tientallen scholieren tot de slagbomen opengingen. Dat ze dat het komende uur zeker niet zouden gaan doen, had ik nog niet in de gaten.
Toen er een busje met ‘werkzaamheden’ erop verscheen, werd het snel duidelijk: het ding deed het niet. Best vervelend, aangezien die brug eigenlijk de enige manier is om vanuit het dorp richting de stad te komen. Dat wil zeggen, mocht je geen zin hebben om om te rijden via dorp nummer twee of het industrieterrein. En dat heb je niet, want de tocht wordt sowieso met twintig minuten verlengd. Toch waren de meeste mensen zo slim om meteen maar om te rijden, in plaats van te wachten tot het euvel verholpen was.
Desalniettemin was ‘het hele dorp’ te laat. Terwijl de les al een kwartier begonnen was, kwam ik binnenvallen, mijn jas nog aan en mijn tas bomvol boeken. Nou ken ik mijn docenten na vier jaar wel een beetje, en wist ik dat ik bij deze betreffende persoon niet te laat gemeld zou worden, mits ik een goed verhaal had – of het nou verzonnen was of niet. Beetje jammer dat ik moest aankomen met de meest afgezaagde smoes ooit: de brug was kapot. En het was nog waar ook.